Ga naar inhoud

ECLI:NL:RBGEL:2021:5677

Datum

7 oktober 2021

Titel

Verzoek tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling. Samenloop Wzd en Wvggz, voorliggende stoornis is leidend

Essentie van de uitspraak

In deze zaak heeft het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) een verzoek ingediend tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling als bedoeld in artikel 37 van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd) ten aanzien van cliënt.

 

De rechtbank overweegt dat niet is voldaan aan de criteria voor een voortzetting van de inbewaringstelling. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat een psychose (en dus een psychische stoornis) het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel veroorzaakt. Dit betekent dat het verzoek tot voortzetting van de inbewaringstelling niet kan worden toegewezen, omdat niet het juiste wettelijke kader is toegepast. Dat cliënt tevens een verstandelijke beperking heeft maakt dat niet anders. De verstandelijke beperking veroorzaakt het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel namelijk niet. Daar komt bij dat de accommodatie waar cliënt op dit moment verblijft onvoldoende is toegerust om hem passende zorg te bieden, als gevolg van de psychotische stoornis. Een langer verblijf in de huidige Wzd-accommodatie zal het toestandsbeeld naar verwachting dus ook niet stabiliseren.

 

Gelet op voorgaande wijst de rechtbank het verzoek af.

Relevantie voor de keten

De zorgbehoefte die de meeste prioriteit heeft, kan bij een betrokkene over de tijd veranderen. In dat geval zal aan de hand van de individuele omstandigheden steeds beoordeeld moeten worden of een persoon onder het huidige wettelijk kader kan blijven of beter doorgeleid kan worden naar het andere regime. Belangrijk is dat de zorgbehoefte van de persoon leidend is en niet het wettelijke regime of de zorgaanbieder, en dat er waar mogelijk continuïteit van zorg geboden wordt wanneer een betrokkene met multiproblematiek al in zorg is.

 

In deze zaak had het CIZ op grond van artikel 28 lid 2 van de Wzd de aanvraag door kunnen sturen naar de officier van justitie.

Aanvullende informatie

Zie ook de handreiking samenloop VWS (vastgesteld door BKR)